De methoden
Clandestiene abortus wordt opgewekt door het inspuiten van een zeepoplossing in de baarmoeder via het cervixkanaal of door de eivliessteek met behulp van bijvoorbeeld een breinaald. Voor het opwekken van abortus maken artsen van de volgende technieken gebruik:
Abortus langs vaginale weg
Methode | Beschrijving | Moment | Risico’s |
Menstruatieregeling Overtijdbehandeling (15) | Zonder functie van de cervix wordt een dunne catheter in de uterus aangebracht; met een 50 cc-spuit wordt de inhoud van de uterus weggezogen. | Binnen 14 dagen na een gemiste menstruatie | 2 à 3 % bloeding of infectie |
Zuigcurettage | De cervix wordt gedilateerd en vervolgens wordt een catheter, aangesloten op een vacuümaspirator, in de baarmoederholte ingebracht. Onder vacuüm wordt deze leeggezogen. | Tot 12 weken | |
Curettage | De cervix wordt gedilateerd en vervolgens wordt met de stompe curette de inhoud van de uterus verwijderd | Tot 12 weken | Vaak heftige bloeding |
Cervixdilatatie en embryotomie (de “methode van Finks”) | Na 12 weken beginnen de botten van de foetus te verkalken, zodat vacuümaspiratie niet langer mogelijk is. Na oprekken van de cervix en breken van de vruchtvliezen, worden met een speciale eitang de ledematen van de foetus vastgepakt en met een draaiende beweging van de romp los gescheurd en uit de baarmoeder getrokken. Vervolgens worden de wervelkolom en de schedel verbrijzeld, zodat ook het hoofd en de romp kunnen worden verwijderd. | Na 12 weken |
“Drug abortion”
Methode | Beschrijving | Moment | Risico’s |
Injectie van een hypertone zout oplossing in de vruchtwaterzak | Bij deze methode die in 1934 werd ontwikkeld, wordt 150 à 200 ml van een 20% NaCl-oplossing in de vruchtwaterzak gespoten. De foetus slikt het zoute water in en sterft binnen een uur aan hypernatriemie, die gepaard gaat met algemene vasodilatatie, oedeem, bloeding en shock. Door het geconcentreerde zout verbrandt de huid, zodat deze als losse vellen van de foetus kan worden afgetrokken. Een dag later komt de baring op gang. | Na minstens 17 weken | Zelden acute hypernatriemie van de moeder met soms de dood als gevolg |
Prostaglandinen | Prostaglandinen zijn menselijke hormonen, geïsoleerd uit sperma of de zaadzakjes; zij verwekken heftige contracties van het gladde spierweefsel in de baarmoederwand zodat de vrucht wordt uitgedreven. | 12 tot 24 weken | |
RU 38-486, de “Abortuspil” (mifepristone) | RU-486 bevat een anti-progesteron. Progesteron is noodzakelijk om de zwangerschap in stand te houden. Het is alleen in Frankrijk en Zweden wettelijk toegestaan. | Na gemiste menstruatie tot 6 à 8 weken | Langdurige en heftige bloedingen |
Abortus langs abdominale weg
Methode | Beschrijving | Moment | Risico’s |
Hysterotomie (sectio parva) | Dit is in feite een vroege sectio caesaria | Laat in de zwangerschap | Later ruptuur van de uterus |
Het motief
Abortus kan voor meerdere doeleinden, in de geneeskunde zegt men: op meerdere indicaties, worden verricht. Klassiek is het onderscheid tussen therapeutische en eugenetische abortus. Een therapeutische abortus wordt verricht met het oog op het fysieke welzijn of het levensbehoud van de moeder, wanneer haar gezondheid of haar leven door de zwangerschap wordt bedreigd. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen bij een zwangere vrouw die aan epilepsie, ernstig astma bronchiale of nierinsufficiëntie lijdt. Door de ontwikkeling van de moderne geneeskunde zijn dit soort situaties uiterst zeldzaam geworden.
Eugenetische abortus heeft tot doel de geboorte van een kind met aangeboren en/of erfelijke afwijkingen te voorkomen. Omdat sinds Hitlers Derde Rijk de term “eugenetica” zwaar in diskrediet is geraakt, wordt tegenwoordig bij voorkeur van “selectieve abortus” gesproken. Sommigen spreken ook hier van “therapeutische abortus”, wat uiteraard verwarring in de hand werkt. Met behulp van prenatale diagnostiek is het mogelijk om al vroeg in de zwangerschap embryonale en foetale defecten te diagnostiseren. Het volgende schema biedt een overzicht van de diverse technieken op dit gebied:
Methode | Zwanger-schaps-duur in weken | Materiaal | Te diagnostiseren foetale afwijking | Risico’s |
Serummonster van de moeder | 15-18 | a-foetoproteïne en andere eiwitten | Defecten van de neurale buis, spina bifida (open ruggetje), hydrocefalie (waterhoofd), anencefalie | Verwaarloosbaar |
Foetale echoscopie | 6-40 | Uiterlijke vorm | Leeftijd van de foetus, skeletafwijkingen, uiterlijke misvorming | Verwaarloosbaar |
Materiaal van de foetus: vlokkentest | 9-12 | Extra-embryonaal weefsel waaruit later de vruchtvliezen ontstaan | Cytogenetisch, biochemisch en moleculair onderzoek | 1-2% verlies van de foetus |
Afgezien van de risico’s bestaan er tegen deze diagnostische procedures geen morele bezwaren, wanneer zij met het oog op een eventuele therapie worden toegepast. De intra-uteriene chirurgie is volop in ontwikkeling. Het is mogelijk om bij een foetus met hydrocefalie (waterhoofd) het overtollige vocht in de hersenholte via een drain naar een halsvene te laten afvloeien. Eveneens worden pogingen ondernomen om nog binnen de baarmoeder een afsluiting van de urethra operatief te verhelpen. Deze ingrepen bevinden zich nu nog in het experimentele stadium. Het is echter niet uitgesloten dat in de toekomst door middel van prenatale diagnostiek en behandeling een aantal afwijkingen nog vóór de geboorte kunnen worden verholpen. Bovendien is het belangrijk om van een aantal afwijkingen reeds vóór de geboorte op de hoogte te zijn, opdat er bij het leiden van de baring rekening mee kan worden gehouden en voor de eventuele behandeling vlak na de geboorte, de nodige voorzorgsmaatregelen kunnen worden getroffen. Op dit moment leidt de prenatale vaststelling van een afwijking echter meestal tot een selectieve abortus.
Een andere indicatie voor abortus provocatus zijn de psychiatrische, waarbij de vrucht wordt afgedreven om bijvoorbeeld een kraambedspsychose te voorkomen. Abortus op juridische indicatie vindt plaats bij een vrouw die door verkrachting of incest zwanger is geraakt. Van een psycho-sociale indicatie is sprake wanneer vruchtafdrijving plaatsvindt om psychische en/of sociale conflicten, als gevolg van de zwangerschap, op te lossen. De meest frequente indicatie is de “ongewenste zwangerschap,” een gevolg van het falen van de anticonceptie.